"Daarom
ga ik zo vaak in bad liggen. Minstens elke avond. Vaak wel een halfuur.
Daar liggen, in dat warme water met enkel mezelf, het geklots van het
water en de warme omhelzing en het fluisterend kermen van stervend
schuim, werkt ontspannend. Het is als de duikreflex.Mijn hart gaat
trager en mijn geest gaat ruimer en ik doezel."
Zakenman
spreekt zelden met Boerken en Knorpot. Ze praten een andere taal en
Zakenman doet niet eens vaag de moeite de hunne te leren en zeker niet
om hen de zijne te laten begrijpen. Aan sommige zaken kan je je beter
niet wagen. Ze kosten energie en leiden nergens heen. Maar vandaag praat
hij wel.
Meisje glimlacht als mals lentegras en haar stem
klinkt als de malse regen in de zomer als ze zegt dat Zakenman vergeet
dat dat halfuur vaak een uur is en dat hij daarvan zeker 45 minuten
bezig is te tokkelen met twee kromme en chronisch ontstoken duimen op
het klaviertje van zijn BlackBerry, gefocused kijkend op het schermpje
en de kleine lettertjes die woorden worden en zinnen en verhaaltjes.
Zakenman kijkt op en kijkt de anderen even in de ogen en ziet zichzelf
en weet dat hij hen wordt, liggend in bad en schrijvend in bad. De
anderen merken het niet. Boerken nipt aan een jenever en vertelt over de
paarden en de weides die zompig liggen en over de winter die komt en
Knorpot zet de kachel hoger en loopt rond en zet nu en dan dingen aan de
kant.
Buiten wijkt de dag.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten