De Bananenrepubliek bij de Noordzee is verdeeld in niet minder dan 4 delen. Over die 4 delen en het waarom ervan zal ik het vandaag niet hebben. Het bestaan van die delen speelt geen rol in mijn hersenspinseltjes. Het bestaan van die 4 delen is hallucinant en hoogst surrealistisch en erover schrijven zou een roman vergen en om een roman te schrijven ontbreekt het me aan tijd en energie vandaag.
In het deel van de Bananenrepubliek, dat grotendeels vlak is en waar loom stromende rivieren meanderend hun weg zoeken naar de Noordzee, waar hard werken zonder daarbij na te denken als een deugd omschreven wordt en waar de meeste bedrijven gerund worden als een boerderij, leven de Vlamingen.
Over de Vlamingen en hun boerderij-management schrijf ik momenteel een handleiding Vlaams Ondernemen Voor Dummies. Als in de Vlaamse gronden olie was gevonden en men er geen vlas had geweekt, was de wereldeconomie, het milieu en daarmee ook de wereld en de mensheid al lang naar de kloten. Maar daarover wil ik het vandaag niet hebben.
De Vlaming is niet echt een lezer. Ja, ik weet het, hier had best een bruggetje gemogen, maar ik ben vandaag ook lui.
Ik denk dat in Vlaanderen ongeveer evenveel romans gelezen worden per inwoner als bij primitieve stammen in regenwouden waar ook ter wereld. Als je in Vlaanderen een zaak start en je wil snel veel geld verdienen, dan moet je een boekhandel starten en romans gaan verkopen. Doordat de Vlaming weinig leest, krijgt hij ook de schrijvers en de romans die hij verdient en lijkt de middelmatigheid meestal het hoogst bereikbare. Als er al een Vlaming aan schrijven doet en er behoorlijk in slaagt handig graaiend in de wereldliteratuur enkele genietbare zinnen achter elkaar te poten en hier en daar iets te scheppen wat een verhaal lijkt te zullen vertellen, roept de iets intelligentere Vlaming algauw dat die schrijver de Nobelprijs verdiend, waarmee die iets intelligentere Vlaming meteen bewijst pseudo te zijn en van echte literatuur geen benul te hebben.
Ik overdrijf. Er zijn in Vlaanderen best goeie dingen geschreven nu en dan. In het stinkende textielstadje A leefde halfweg de vorige eeuw een verver die 's avonds gezeten aan de keukentafel urenlang woorden zat neer te pennen in zinnen die stroomden als beken en rivieren en greppels en riolen, om van het gezaag van zijn vrouw af te zijn en te ontsnappen aan de donkere depressie van een zinloos bestaan als lid van het klootjesvolk. Die schreef dat de mensen een geweten geschopt moest worden, maar urenlang gebogen zat over pornoboekjes die hij in Amsterdam ging halen en waaruit hij knipte en plakte om zo 'het lichaam van de vrouw en het meisje' in kaart te brengen. Die schreef over 11 jarige fabrieksmeisjes zonder onderbroek die beloerd en in gedachten bepoteld werden door vieze venten in losse overalls die opvallend veel gelijkenissen vertoonden met de schrijver van die obsessies. Die stierf achter die keukentafel, de fles sterke drank boven de tafel en wie weet wat onder de tafel ter hand, net bezig de de rubriek 'peervormige borsten' van gepaste illustraties te voorzien. En in de wereldstad A in het diepst van hun eigen gedachten, leefde vroeger nog in de vorige eeuw, een gewiekst zaken- en saaie burgerman, die zinnen kon bouwen en beelden en verhalen die elke beginnend schrijver eerst tientallen keren zou moeten lezen en ontleden om dan te besluiten toch maar geen schrijver te worden, omdat de wijze waarop die zinnen en beelden en verhalen geschreven zijn, bijna onmogelijk te evenaren blijken.
Het liefst leest de hedendaagse Vlaming Dag Allemaal. Elke week weer opnieuw worden masaal veel Dag Allemaal verkocht en in Vlaamse huiskamers gelezen. Daarmee is alles gezegd.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten