Tip 2: toeristen aller landen moet je mijden als waren het pestlijders. Als uzelf toerist bent, is dat moeilijk. U kan er niet aan doen. Pestlijders stonden ook niet langs de kant van de weg bedelend om de ziekte te krijgen. Toeristen zijn een ras apart. Ze vertrekken in shorts en bloemige hemden, het zijn kijvende vrouwen en jengelende kinderen en mannen met te witte benen in witte sokken in sandalen. Ze hebben een vreemde notie van het begrip handbagage. Voor toeristen betekent 'handbagage' ongeveer hetzelfde als de inhoud van een volledige container huisraad verpakt in talloze trolleys, rugzakken, heuptasjes, handtassen, boodschappentassen, plastic zakken, en alles wat in die categorie ooit uitgevonden is.
De ellende begint al meteen bij de incheckbalie. Toerist nummer éen moet minutenlang zoeken naar zijn identiteitskaart en de print out van zijn internet boeking en dan begint de ellende met de bagage, want natuurlijk zijn de koffers te zwaar en in te grote getale. Toeristen,denk ik, roven hun eigen huis helemaal leeg en stoppen dat dan helemaal in de koffers die ze meezeulen. En na de bagage start de discussie over de handbagage. En als ze de discussie verliezen, dan gaan ze voor je knielen en beginnen ze koortsachtig dingen over te laden van de ene tas naar de andere rugzak. Ellende. En dan begint alles opnieuw bij de volgende toerist, die, al heeft hij staan kijken hoe fout het allemaal liep met de toerist voor hem of haar, toch hetzelfde doet. Beginnend bij het zoeken naar de identiteitskaart.
Helemaal geweldig wordt het nu de luchthavens meer en meer over gaan naar het inchecken door de passagiers zélf. In concreto betekent het dat ik, die zeker niet beschuldigd kan worden van sociale eigenschappen als daar zijn behulpzaamheid, in mijn leven al honderden toeristen heb helpen inchecken. Niet om ze te hélpen, maar om het godverdomme vooruit te laten gaan. Please.
Maar het inchecken is niets in vergelijking met dé marteling voor de frequent flyer: tussen de toeristen de veiligheidscontrole door.
Meestal gaat het zo: de handbagage zit vol met flesjes water en ander vloeistoffen, tubes tandpasta, zonnecrème, zalfjes, schaartjes, mesjes,... die ze tot hun stomme verbazing moeten afgeven, ook als staat dat met koeien van letters overal aangegeven, ook al heeft die stomme toerist voor hen alles moeten afgeven en zal de toerist na hen exact hetzelfde tegen komen. Want dat is het geweldige: ze staren als een vis in een bokaal naar de buitenwereld staart naar wat met de toerist voor hen aan het gebeuren is, en dan is het hun beurt en doen ze éxact hetzelfde. En het afgeven van die flesjes, die tandpasta, die zalven, die zakmesjes, die schaartjes, gaat elke keer gepaard met verbàzing, met discussie, met ongeloof, met een gevoel van onrechtvaardigheid.
En het duuuuuuuurt. En duuuuuuuurt. Zij hebben uren. Na het inchecken hebben ze nog een halve dag om de taxfree te plunderen en nog meer handbagage te verzamelen om op dat vliegtuig mee te sleuren, allemaal de passagiersruimte in die tijdens het toeristenseizoen lijkt op een treincoupé in een overvolle trein tussen Peking en Shanghai, zo vol proppen de toeristen elke hoek met hun zakken, hun handtassen, hun rugzakken, hun taxfree stuff.
Schoenen uit. Voor iedereen voor hen in de rij. Maar als het hun beurt is, stappen ze eerst gezwind door de controle, schoenen ààn de voeten. Moeten ze terug. Moeten ze, alweer verbaasd en boos, en tekortgedaan, de veters losknopen en de schoenen uittrekken, om dan, net als de toerist voor hen en de toerist daarvoor en die daarvoor, te vergeten hun broeksriem uit te trekken, hun horloge, hun dikke gouden ketting, het kleingeld uit hun zakken te halen. En telkens het gebiep en gezoem, telkens weer de verbazing. En dan vergeet ik nog de laptops, de gsm's, de i-pods...
Als je wil bewijzen dat mensen kuddedieren zijn die zich, als dat ooit aan de orde zou zijn, willoos éen na éen naar de slachtbank zouden laten leiden, moet je daar tussen staan.
Finaal, finaal, wordt de vlucht omgeroepen. Tijd om ineens te beginnen drummen, want nu kan het niet snel genoeg. Krampachtig en gebogen honderden kilo handbagage en taxfree rommel torsend, willen ze allemaal zo snel mogelijk en liefst als eerste op het vliegtuig. Roept het personeel bij een groot vliegtuig eerst de passagiers rij 1 tot 12 op, dan geldt dat voor iedereen, maar niét voor de toerist, die, ook al zit die op rij 878, toch gaat aanschuiven bij de groep 1-12.
Komen ze dan bij de finale controle, stinkend naar het zweet van het lastdier dat het bijna begeeft onder duizenden kilo rommel, dan moeten ze ineens naar hun identiteitskaart zoeken, net als de toerist voor hen, hoe kan het anders en ook hun ticket. Alle zakken moeten op de grond. Miljoenen ritsen moeten open dicht, en uiteindelijk zitten dat ticket en die identiteitskaart in de allereerste rits, maar daar hebben ze onvoldoende zorgvuldig gekeken, in hun haast zo snel mogelijk op dat vliegtuig te raken. Het zweet gutst ze ondertussen Niagara waterval gewijs vanaf hun rug en hun oksels en maakt hun shirts druipnat en zorgt ervoor dat ze gaan stinken als dokwerkers die een week geen douche hebben gezien en straks zit je dan links en rechts en voor je en achter je gevangen tussen die stalen van het menselijke stinken.
Maar zover zijn we nog niet. Eens de controle voorbij wordt het vliegtuig bestormd door de horde toeristen die nu zo snel mogelijk binnen willen zijn, alsof het ding de lucht zal ingaan eens zij neerzitten.. Voor je tot 10 kan tellen worden alle 'overhead lockers' volgepropt met die miljoenen kilo's handbagage, tot 30 zetelrijen voorbij de plaats waar de toeristen zelf zitten, want ze hebben allemaal genoeg bij zich om een gemiddeld 3de wereldland een maand lang van eten, drinken en ondergoed en kleding en lectuur te voorzien. Ze proberen zoveel bazaar in die overhead lockers te proppen, dat vroeg of laat eens een vliegtuig zal openklappen onder de inwendige druk.
Ik ben nu even te moe om de ellende tijdens de vlucht te beschrijven. De stank, het gesmos, het gesnurk, de geur van scheten die ineens opwellen uit de zetelrij voor je , de jengelende kinderen, de angst bij elke luchtzak,...
Wat was de tip nu weer? A ja: mijdt de toerist als waren het pestlijders. Of beter nog: toeristen, blijf thuis. En laat me met rust.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten