De avond in eenzaamhotel strompelt voorbij en wat doet een mens dan? Vanalles. Ineens zie ik de suggesties voor mij, op het kleine tafeltje.
Ik lees, lach (bijna) hardop en vertaal voor u, lezer: Asperges op Grootmoeders wijze. Nu, ik had een grootmoeder, God hebbe haar ongekraste ziel, van wie de kookkunsten onovertroffen waren en zullen zijn tot lang nadat de mensheid zichzelf overbodig gemaakt zal hebben. Ik herinner me geen enkel bezoek aan mijn lieve grootouders op zondag ochtend, waarbij mijn grootvader niet roezig van te veel pinten in het duivenlokaal en opgetogen door winst bij het vangen der duiven en/of kaarten of zwaarmoedig door tegenslagen op dezelfde vlakken, thuis kwam met de velo en ik niet de doordringende geur mocht genieten van aangebrande pattaten en groenten die door mijn grootmoeder vakkundig tot zwarte en stinkende en totaal oneetbare kunstwerken werden verkoold.
Als ik het huisje van twee duim hoog en anderhalve meter breed voorbij rijd, met de fiets of de auto ( ik, met de fiets?), ruik ik die geweldige geur van aanbrandende pattaten. Asperges op Grootmoeders wijze? Ik denk het niet. Net als Rik op de fiets.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten