Lang lang geleden, toen de dieren zich de spraak aan het eigen maken waren en ze schrokken van de eigen stem, maar vooral van de woorden die ze spraken en de kracht waarmee die konden inbeuken op de wereld van de andere dieren, waren er een leeuw en een wolf en een vos en een lam. De leeuw noemde zichzelf Koning en als koning wou hij de wolf, de vos en het lam namen geven, maar Koning Leeuw was lui, en bezat nog niet veel woorden en namen bedenken was moeilijk, zo merkte hij, en daarom gaf hij hen geen namen. Hij had honger gekregen en daarom doodde hij het naamloze lam en at het op. De wolf verjoeg hij en de vos die verdween is alle stilte. En Koning Leeuw was tevreden.
Toen bedacht hij een moraal: een naamloos lam smaakt beter en vossen kunnen verdwijnen.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten