Vandaag reed ik door de smog. Met mijn bolide kliefde ik de stofdelen. Ik joeg lijn auto dwars doorheen de dikke vette mist. Ik scheurde de rook aan flarden. Mijn longen brandden en miljoenen roetdelen vulden de blaasjes en nestelden zich diep in mijn lijf. Mijn ogen traanden. Mijn neus zat dicht. Mijn sinussen voelden als droge zandwoestijnen. Stof geselde het broze koetswerk van mijn zwarte voertuig. Mijn voorruit werd ondoorzichtig met grijze massa en blind maaide ik kortademige koeien van de weg en schapen en doffe raven en egels en eekhoorns en een verdwaalde leeuw op zoek naar zachte lammeren en een bange wolf en een schichtige sluwe vos. Hun kadavers rottend op het asfalt als morgen de zon opkomt en het stof optrekt in de eerste bries.
Vandaag reed ik door de smog en enig dramatisch effect drong zich in mijn bewoordingen.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten