dinsdag 7 februari 2012

Tussen hemel en zee


Hij heeft zijn auto langs de kant gezet. Zo voelt dus iemand die ruim 60 uur wakker is als je een paar rommelige hazenslaapjes niet meetelt. Zo voelt iemand die gisteren (ja toch? Gisteren?) nog in de Dante's Hell Shangai was. Koud, vochtig, grijzer dan Vlaanderen ooit zal zijn op de meest grijze dag. 17 miljoen mensen samengeperst in duizenden skyscrapers. Steeds jachtig, steeds lawaaierig, steeds op survival mode. Hij heeft in Shangai al een keer de zon gezien, je merkt ze wel, je weet waar ze is, maar ze brandt niet door de smog heen, behalve bij strakke wind uit zee.
Hij staat aan de kant en herleest, de motor draaiend, wat het Meisje schreef. Opnieuw. Naast hem zoemt de snelweg. In Vlaanderen zoemt die. In Shangai raast het verkeer. Als razende. Een nachtmerrie is Shangai. Komt van nacht mare, een vertelling bij nacht. Vreemd hoe een mooi woord met een mooie inhoud (iets wordt je verteld in de nacht, in je slaap) kan veworden tot een vreemd woord met een negatieve klank. Hij houdt van nachtmares. Hij noemt het a dream within a dream. In je droom droom je de boodschap die je nog helder weet als je wakker wordt. De engelen hebben tot je gesproken. Hij gelooft niet in engelen.
Hij denkt zonder woorden en denkt zonder beelden. Twee zielen die niet hoeven te praten om te weten en niet hoeven te weten om te zijn en niet hoeven te begrijpen om tot rust te komen.
De regen is opgehouden. Een voorzichtige zon vindt haar weg tussen de wegtrekkende wolken. Links de snelweg. Rechts Vlaamse akkers.


Zo was het, zegt Knorpot, toen ik reisde.

Dichter zwijgt en in zijn hoofd schrijft hij woorden.

De hemel heeft zijn grijze deken genomen en zich over de zee gebogen weg van wolken en zon. Alleen hemel en zee. De zachte wind strijkt de zee vlak en fluistert woorden die alleen de zee kent en begrijpt en het is stil. Bij de horizon vloeien zee en hemel samen en hun samenzijn is zacht vandaag en lief en kalm en ongestoord. Het is stil tussen hemel en zee, maar hun stilte is zo intiem en machtig tegelijk. Grijs is mooi. Tussen hemel en zee.
De hemel fluistert 'engel'.






Zij is de zee
Stilt haar golven
Als ik haar streel
En proef

Hemel word ik en
Ik beroer haar oneindigheid
Omsluit ons met wolken
En stil haar golven

En zee en hemel
Verstillen elkaar
En verstillen in elkaar
Versmelten tot een ritme
Van golven

En worden storm

Twee Godenkinderen
Geen mensen meer
Even

Oneindig


Boerken die net binnenkomt grijnst als hij ziet wat Dichter heeft geschreven op de witte muren en zegt dat zelfs Boerken begrijpt waar dat over gaat.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten