De natuur heeft ook mij een aantal talenten kado gedaan waarmee ik niet zo gelukkig ben. Een ervan is een zekere neiging tot weemoedigheid, aan het einde van de wintermaanden en ook soms als de zomer voorbij is. Met september komt de kou en de duister steeds vroeger in de avond en de zwaarmoedigheid die ik niet stoppen kan. En net voor de lente komt lijkt alle weerstand verdwenen en woekert het gif in mijn lijf, leden, geest en ziel.
Weemoed is een sluw gevoel. Hoe harder je het tracht te bevechten, hoe meer je ze bevestigt. Negeer je de zwaarmoedigheid dan voedt ze zich aan dat schrijnende gebrek aan aandacht en tracht je ze af te schudden, plat te knijpen, dan voedt ze zich aan je aandacht.
Vandaag waaide mij een bericht aan. Iemand schreef me een welgemikte schop onder mijn kont. Niet hard, zelfs lief en begrijpend, maar wel goed gemikt. Lekkere woorden, ook die laatste: ' loop even naar buiten, ruik en proef de frisse lente en kijk omhoog'. Wat ik dan ook deed. Als mijn eigen fijne boodschapper dit leest, ooit: fijne traptechniek!
Laat die lente maar komen nu. Eerst nog de zonnewind.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten