Eén boek heb ik altijd bij me: Wolkengids.
Niets is saaier dan een wolkenloze hemel. Ik spot de types wolken, en schrijf in het boek waar en wanneer ik ze zag. Met pen. In mijn eigen hakerige handschrift.
Wolken kan je niet verzamelen. Keien wel. Keien die door eeuwen natuur mooi gerond zijn en lekker in de hand liggen. Wit, zwart, grijzig blauw. Geaderde keien. Soms heel mooie zwart wit combinaties. Of keien van kalk, waarin het zilte water gaten heeft geboord. In de gaten van die keien bewaar ik mijn pennen, staande. En de potloden. En tussen de pennen en potloden, het handgeschepte papier: verweerde, gezandstraalde twijgen en takjes.
Wolken kan je enkel verzamelen door ze te omschrijven, door ze in je geheugen op te slaan, door in een boek te noteren waar en wanneer je ze zag. Of door ze te fotograferen. Ik heb dan ook duizenden foto's van wolken en wolk-fenomenen, zoals een dubbele zon. En ik ben niet alleen.
In mijn hoofd hangt dikke mist vandaag, kille mist. Grijs.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten