De stilte van het gedreun in een hotelbar in de nacht. De eenzaamheid van een volle hotelbar. Iemand likt de eigen wondes en merkt dat dat zout is en brandt. Een dubbele wodka. De barman kijkt bedenkelijk. Nog een? Straks drink ik koffie. De bar loopt vol en straks leeg. Iemand huilt bij de wodka. De nevel neemt geen pijn weg. De avond schuurt
Op een ipod tikt iemand trage woorden. De tijd is een ijsberg. De tijd is bevroren. Met een scherpe ijspin trekt iemand diepe sporen in de eigen ziel. Krassend. Iemand jankt. Niemand luistert. De tijd glijdt niet meer. De wereld staat stil. We zijn allen alleen. In een ziel kun je verhalen krassen.
Ergens roept iemand.
Ergens vraagt iemand zich af: is dit de bodem?
Is er een ondergrens aan eenzaamheid? Neen dus.
Iemand tracht in woorden zin te zoeken en de woorden falen. Zin is er niet. Er is niets.
De bar loopt leeg. De eenzaamheid is totaal. De stilte is oorverdovend.
Iemand bestelt de volgende dubbele wodka. Het glas is dun en breekbaar en zwaar en de weg naar de mond is een veldslag.
De wereld is een slagveld.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten