Ik ben ongelooflijk lui. Mijn talent voor luiheid is allicht zo groot dat het schier onbeschrijfbaar wordt en daarom beschrijf ik het niet, want dat zou me te ver leiden en me te zeer vermoeien. De luiheid tergt me niet. Ze laat me dagenlang slaperig soezen in zetels, in hangmatten, in bed, op grasvelden. Het liefste in de zon, als een kat. De moeheid beloont me niet, ze is er gewoon. De luiheid laaft zich niet. Ze neemt niet. Ze geeft niet. De luiheid is alles.
Ooit was ik zo lui dat
Geen opmerkingen:
Een reactie posten