Iemand ligt op de rug in het gras lang genoeg om het te voelen groeien langs het kille lijf. Iemand ligt op de rug en ziet de sterrenhemel boven zich draaien en ziet de maan er doorheen klieven. In het oosten klaart de hemel en vervagen de sterren. Iemand zit het ochtend worden en is stram van de kou. De dauw is kil en parelt op het vel.
Iemand ligt op de rug en ziet de zon langsheen de hemel glijden van oost naar zuid naar west, eerst hoger en daarna steeds lager. Iemand voelt de zon branden op de huid terwijl het gras groeit langsheen de huid. Iemand ademt.
De zon kleurt de hemel rood in het westen en in het oosten verschijnen de sterren aan de hemel. Iemand ziet de sterren en telt ze. Iemand stopt met tellen. Het gras groeit niet in het donker.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten