dinsdag 5 februari 2013

Elastieken tijd

Het is stil in het Donker Kot als Knorpot binnensluipt en moet merken dat er niemand is. Geen Dichter, geen Boerken en geen Stil Meisje en dus ook geen Zakenman, want die komt hier alleen voor Haar.
Omdat hij wil weten wat er gaande is, stapt hij door de polder die vannacht de mokerslagen kreeg van een heftig onweer met ongenadige windstoten en nu lijkt te herstellen, moeizaam en kreunend, tot bij de brede dijk waarachter de Trage Stroom schoon en machtig en verheven boven het lage land zich door het land meandert. Op de dijk zit Dichter op een vergeten omheining die groen ziet van het mos en wankel lijkt. Hij tuurt naar Zee en Knorpot hoeft het hem niet te vragen, want kent het antwoord, maar vraagt het dan toch, omdat hij iets moet zeggen en praten wil: "Is Zij naar Zee?"
Dichter knikt en zegt stil "Je weet hoe ze is. Ze hoort niet hier in de polder en al zeker niet als het hier 's nachts spookt en buldert en raast zoals deze nacht. Om zes uur raasde het onweer over mijn Donker Kot en daarna werd ik wakker en lag haar briefje er. Ze schreef dat ze een paar dagen de rust van de zee zou opzoeken. Niets meer."

Knorpot gaat naast Dichter zitten en mist haar ook. Als ze verdwijnt, laat ze een leegte in hun ziel. Elk op zijn manier.

Dan ziet Knorpot dat Dichter zitten schrijven heeft en hij kijkt naar Dichter met een blik die vraagt of het mag en hij neemt het blad waarop korte zinnen staan, onder elkaar.

'De tijd is een monster
Een goddelijke waanzin
Verlangen en tijd

De tijd is twee magneten
Met dezelfde pool
Naar elkaar duwen

Dag en nacht
Winter en zomer
Goed en Kwaad

Als je de tijd wil indijken
Gedragen door gemis
Gevoed door verlangen

Nestelen zich uren
in de seconden
En beuken zich
Genadeloos
Vele weken
In de minuten
En een kudde maanden
Vult de uren
Jaren als een lawine
Beuken zich in de dagen

Het is een beest

Het beest heeft begin
Noch einde

Het beest steelt die
Uren, dagen, weken,
maanden en jaren

Van die keren
Dat je de tijd wil rekken
Gedragen door genieten
Gevoed door de wil
Te blijven
In een eeuwig hier en nu

Als
Je de tijd wil
laten uitdeinen
Dan
Verscherpen de uren
tot secondes
De weken vernauwen
Tot minuten
De maanden krimpen
Tot uren
En de jaren worden
Een week korter en korter
En korter

Gestolen door de tijd
Die je verkorten wou
Van die tijd
Die je rekken wou

Er is geen elastieken tijd
de tijd is een goddelijke kooi
Waarin mensen verkommeren
Waarin mensen vervetten
Verhongeren als ze honger hebben
En
Als een gans gevoederd worden
Wanneer voldaan

De tijd is
Een monster

Water dat ik probeer
Vast te houden
Met mijn handen

Telkens weer

De tijd geeft zich nooit'

Knorpot zucht en grolt dat dit niet een hoogtepunt is in Dichters bestaan, maar dat hij het vat en herkent. Daarna staren ze samen stroomafwaarts en ze verlengden de dag met hun verlangen.

Verzonden vanaf mijn BlackBerry®-toestel

Geen opmerkingen:

Een reactie posten