Er waart een spook door mijn hoofd. Er waait een geest tussen mijn ogen.
Er staat een strakke wind.
Er borrelt een bron.
Ik vaar op zee.
Mijn boot grijpt de wind.
De wind neemt me bij de hand.
Ik wapper als een zeil.
Mijn boot snijdt door water.
Er snijdt een spook door mijn hoofd.
Er wappert een geest voor mijn ogen.
Ik zie niets.
Niemand ziet me.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten