Dichter zit mokkend in het donker en op de duur zit het donker in hem en ademt hij duisternis in en ademt hij zwart uit in trieste woorden die ademloze werelden bouwen vol treurnis en ellende en eenzaamheid want tristesse is per definitie een allenige bezigheid.
Dichter schrijft trieste woorden met zwarte inkt op korrelig papier en denkt niet aan morgen. Enkel gisteren telt en alles wat daaraan vooraf ging gedrenkt in drek en viezigheden. Dichter schrijft de leegte en laat het donker in zich wonen.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten